Fictieve Landen
Advertisement
Image2356

Nicolaas VII in 1925

Nicolaas Heinrich Friedrich Federico Reinaldo VII van Nirrenburg (Nirren Stad, 18 augustus 1909- aldaar, 22 maart 2016) was van 12 september 1930 tot aan zijn emeritaat in 2013 groothertog van het Groot-Nirrerijk.

Niimagec

Nicolaas VII in 2001

Levensloop[]

Jeugd[]

Nicolaas von Nirrenburg werd in 1909 geboren als zoon van toenmalig kroonprins Marcus van Nirrenburg en kroonprinses Leontina van Örensberg. Hij kreeg een privéscholing van een professor-emeritus aan het groothertogelijk paleis. Deze prof. em., Federico Titigli voedde hem zeer katholiek op. Op zijn zestiende werd von Nirrenburg vervroegd naar de universiteit van Nirren gestuurd, wegens uitstekende resultaten. Nauwelijks vijf jaar later studeerde hij er af met een diploma in de antropologie. Tegen die tijd was zijn vader reeds groothertog geworden van het rijk.

Eerste jaren als groothertog[]

Wanneer zijn vader in augustus 1930 (twee maanden na zijn afstuderen) plots overlijdt, wordt de jonge Nicolaas de maand daarop gekroond tot groothertog van het Groot-Nirrerijk, en de daarmee gepaard gaande titels (Hertog van Achen, heerser over 's rijks koloniën, Vader des vaderlands,...). In de eerste vijf jaar van zijn regeerperiode zal hij bijgestaan worden door zijn moeder en oud-leraar Titigli, die in 1935 vermoord wordt. Wanneer de Derde Thyssalonische oorlog begint, houdt de groothertog zich voornamelijk afzijdig, niet als minste reden omwille van zijn bloedband met het Thyssalonische vorstenhuis, dat zwaar te lijden heeft onder het fascistisch regime, en zodoende uit vrees voor verdere sancties voor zijn familie. Wel doneert hij ruim 13 miljoen Nirriaanse Shilling aan het leger. Na de oorlog geeft hij echter vernietigende commentaar tegen het voormalig fascistisch regime, en laat alle collaborateurs oppakken en veroordelen. Zijn sancties waren zo extreem, dat zelfs uit zijn dichtste kringen kritiek kwam. Onder het plebs echter werd hij veelvuldig gelauwerd.

Latere jaren[]

Na de oorlog, in 1950, trouwde de groothertog met Anna Van Domicantigliani. Dit huwelijk zou stand houden tot 1999, wanneer Anna zou komen te overlijden. Tussen 1950 en 1970 brengt de groothertog regelmatig staatsbezoeken in het buitenland. In zijn eigen land verdedigt de groothertog tot zijn pensioen de rechten van kansarme gezinnen. Hiervoor zou hij altijd held van het volk blijven. Door tegenstanders wordt hij soms wel eens de "groothertog van de socialisten" genoemd, doch heeft Nicolaas zich nooit politiek geuit, en is hij zelfs meermaals tegen de linkse regeringsleiders in gegaan, bijvoorbeeld in 1966, wanneer onder druk van de socialisten beslist werd treinverkeer van en naar Nirren de helft goedkoper te maken. Onder het communistisch regime van Hermann Krackelinger werd de groothertog langs de kant geschoven. Beseffend dat hij hier weinig tegen in kon brengen, liet hij maar begaan. Na de dood van Krackelinger uitte Nicolaas echter zijn ongenoegen jegens het regime, en hielp hij actief met de heropbouw van de nationale instellingen. Hij werd vanzelfsprekend weer in zijn ambt hersteld. Op 12 mei 2013 ging de groothertog op reeds 103-jarige leeftijd op pensioen.

Levenseinde[]

Na zijn pensioen hield Nicolaas zich nog bezig met het adviseren van zijn zoon, en verder genoot hij naar eigen zeggen voornamelijk van een goed boek aan de haard in zijn landhuis in Achen. Op 22 maart 2016 overlijdt Nicolaas von Nirrenburg op 106-jarige leeftijd thuis in zijn slaap, waarschijnlijk door een hartaanval. Op 26 maart vindt zijn begrafenis plaats in de Sint-Pieterskathedraal van Nirren Stad, en wordt hij bijgezet in het aanliggende familiegraf.

Doodskistimage

Doodskist van Nicolaas VII

Kritiek en lofuitingen[]

Over het algemeen wordt Nicolaas herdacht als een vader van zijn volk, die de belangen van de gewone man verdedigde. Zeker bij het volk was hij zeer geliefd. Ook wordt naar hem verwezen als de "lachende vorst" vanwege zijn algemene goedgemutstheid. Velen vinden zijn opvolger en zoon Filips veel stijver. Critici zullen aanmerken dat de groothertog op kritieke momenten, zoals in oorlogstijd en onder het communistisch regime nauwelijks gereageerd heeft en vooral aan zichzelf dacht. Vast staat in elk geval dat deze vorst nog lang door zijn volk herdacht zal worden als een groot man.

Advertisement